Hoe doen we dat

"De Wereld verbeteren, een kwestie van

Willen en Doen"


GEEN STRIJKSTOK

“Heel vaak krijg ik de vraag of ik voor mijn werk wordt betaald. Er een vergoeding voor krijg of dat de stichting mijn onkosten voor haar rekening neemt. Het antwoord: ‘NEE, NEE, NEE’. Het is vrijwilligerswerk en dat blijf zo. Minstens 95% van het geld dat donateurs ons toevertrouwen, gaat naar de projecten.”

“Geen strijkstok dus waar de kosten aan blijven hangen. Ook bij de projecten zelf letten we erop dat het geld zo wordt besteed dat het de doelgroep verder helpt. Wel zijn er bijvoorbeeld bankkosten, maar dat is het zo’n beetje. Trips naar en verblijf in Zuid-Afrika bekostigen we privé.”

Wil Groot

SPEERPUNT 1: ZORG VOOR ARMLASTIGE KINDEREN

In de rurale (afgelegen) gebieden heeft opvang van AIDS-wezen door familie de voorkeur. Zeker ten opzichte van opvang in grote tehuizen in de steden. Vanuit kindertehuizen in de grootste stad worden kinderen vaak naar andere delen van het land overgeplaatst. Wil Groot is in Kaapstad regelmatig kinderen uit de Transkei tegen gekomen die uiteindelijk in de stad op straat leven.

Als verzorging door ‘familie’ niet meer mogelijk is, biedt een klein tehuis uitkomst, waarbij kinderen in contact blijven met hun eigen cultuur.

SPEERPUNT 3: LANDBOUW EN ZELFREDZAAMHEID

Het belang van goede voeding is zeker bij kinderen in de groei van groot belang. Goede voeding is bovendien onontbeerlijk voor mensen die medicijnen gebruiken. Voor ons is er daarom geen project denkbaar zonder moestuin.

Om een project financieel onafhankelijk te maken, zijn meer vormen van zelfredzaamheid nodig, bijvoorbeeld een winkeltje.

Een project zorgt ook voor inkomen voor de Xhosa-bevolking, bijvoorbeeld via de bouwactiviteiten, werk als lerares of caretaker, of via activiteiten als naai- of kraalwerk.

OPVANG AIDS-WEZEN ALLEEN NIET VOLDOENDE

Sinds 2008 zijn we actief in de Transkei, in het gebied rond Coffeebay. Na het sluiten van ‘Ons Plek’ in Bloemfontein in 2011, richten we ons zelfs volledig op dit gebied. Om hier duurzame veranderingen te bewerkstelligen, is alleen opvang van AIDS-wezen niet voldoende.

Het ideale project combineert vier speerpunten (zie hieronder). Ons doel is dat er een plek wordt gecreëerd waar de gemeenschap bij betrokken is en die in de omgeving tot structurele verbeteringen leidt. Zo’n project met het karakter van een ‘dorpscentrum’ noemen wij een ‘Rural Sustainability Centre’. Er loopt nu een eerste pilot met zo’n ‘Rural Sustainability Centre’.

SPEERPUNT 2: MEDISCHE ONDERSTEUNING

Dat HIV-geïnfecteerden behoefte hebben aan medische zorg is duidelijk. Afstanden tot het ziekenhuis zijn vaak te groot. Ook ontbreekt het aan kennis over  AIDS. Wat bijvoorbeeld te doen bij zwangerschap en HIV? Ondersteuning en voorlichting moeten daarom hand in hand gaan.

Mobiele klinieken brengen de zorg dichter bij de bevolking. Misschien kan een nieuwe kliniek uitkomst brengen. Onderzoek in deze richting moedigen wij aan.

SPEERPUNT 4: ONDERWIJS

Via onderwijs kunnen we kinderen kansen bieden voor hun toekomst. Het ontbreekt kleuters aan de meest basale eigenschappen om mee te kunnen komen op de lagere school. Hiervoor is het opzetten van preschools van belang. Kinderen hebben recht op onderwijs! Dit is een feit.

De realiteit is anders. Tachtig procent van de leerlingen van groep 4 in de plattelands gebieden kunnen hun eigen taal niet lezen en schrijven.

Deze kinderen zijn rond 10 jaar oud. Wij zetten ons in om via naschoolse activiteiten zoveel mogelijk kinderen te helpen.